Vluchtelingen, drugs of 'gewoon' vissersboten?!
Onze laatste stop op Trinidad was Grande Rivière, waar we in een hotelletje op het strand sliepen. Het strand waar jaarlijks honderden schildpadden hun eieren leggen. Dit zijn niet zomaar schildpadden, maar 2 meter grote beesten die ’s nachts uit de zee komen. Tussen 18 en 6 uur mag je dan ook niet zonder gids het strand op. Ze kloppen op je deur zodra er een schildpad aan land komt. De eerste avond gingen Liv en Manfred in het pikkedonker met de gids mee het strand op. Wat spannend! Er lag een enorme schildpad eieren te leggen. Zo bijzonder om dat van dichtbij te zien. Als ze aan het leggen zijn, verkeren ze in een soort trance, waardoor je ze kan aanraken. Uiteraard wilde Liv dit wel. Aaien over de kop zo groot als een bloemkool. Ook mocht ze een eitje vasthouden, 1 van de 120 eieren, net pingpong ballen. Kortom een fantastische ervaring!!
Dit was niet de enige spannende ervaring hier. Op een ochtend werden we wakker en dachten we figuranten te zijn in een actiefilm, of was het een oorlogsfilm? Er lagen voor de kust ineens een stuk of 10 boten uit Venezuela. Op het strand werden helikopters vol politie officieren afgezet, in de lucht vloog een gevechtshelikopter en in de verte kwam een marineschip aangevaren. We konden het allemaal mooi bekijken vanaf ons balkon. Toen ik aan iemand vroeg of we ergens bang voor moesten zijn zei hij: ’do you see anyone in the water or on the beach?’ Oeps, nee dus! Niemand kon ons echt vertellen wat er aan de hand was, dus maakten we onze ‘film’ steeds spannender (en ongeloofwaardiger ;)). Zouden het vluchtelingen zijn (we zitten toch niet op een Grieks eiland??) of zou het drugs zijn? Het is ons nog steeds niet helemaal duidelijk, maar toen de officieren naast ons gingen koffie drinken leek het toch steeds minder op een actiefilm. De marine checkte alle boten en in de loop van de middag waren de boten, officieren en helikopters verdwenen….. Dus kon ik met een gerust hart een wandeling maken naar de waterval met mijn privé-gids. Het was heerlijk om even alleen op pad te zijn in de mooie natuur!
Inmiddels zitten we alweer ruim een week op Tobago. We hebben een appartement met zwembad en een auto. Een heerlijk relaxte afsluiter van onze reis. Toeren over het eiland door de bergen en langs de prachtige stranden.
Morgen beginnen we aan onze terugreis. Met de boot terug naar Trinidad en vliegen naar Miami om vervolgens dinsdag weer voet op Nederlandse bodem te zetten. We hebben zin om weer naar huis te gaan. Om jullie allemaal weer te zien. En Liv wil heel graag naar school. Het was een fantastisch avontuur. Fijn, maar soms ook pittig, om zo intensief bij elkaar te zijn. Liv en Sam hebben een hoop geleerd. Zo kan Sam bijna op kamers, want hij kan alles ‘self, alleen’!
Reis, je was geweldig!! Hope to see you again.
Cuba + Trinidad = wereld van verschil
De laatste dagen op Cuba waren we weer in Havana. Echt een mooie stad met een fijn sfeertje, leuke terrasjes en genoeg te zien. We sliepen bij een oud vrouwtje. Een prima kamer, waar we 1 hele dag zonder stroom zaten. Nu hebben we wel vaker zonder stroom gezeten, maar in het donker onze tassen inpakken (zonder airco) voor de vlucht naar Trinidad is best lastig. Toen de stroom het uiteindelijk weer deed, klonk door de hele straat luid gejuich.
Op 1 maart landden we op Trinidad. We zouden bijna opnieuw een cultuurshock krijgen! Het is hier Caribisch warm (lekker plakken), er rijden alleen maar ‘nieuwe’ auto’s op de weg, Liv en Sam zijn geen bezienswaardigheid meer, er zijn hier grote supermarkten (yes, eindelijk weer groente eten), er is wifi en iedereen spreekt Engels. Het is fijn om in de taxi, met airco, te kunnen praten met de chauffeur. Leuk om iets over het land te horen en natuurlijk over Leo Beenhakker ?.
We slapen 2 nachten in een mooi hostel in Port of Spain (de hoofdstad). Volgens de eigenaresse een fantastische stad met de beste restaurants en geweldige bezienswaardigheden. Daar verschillen we dan nogal van mening over. Wij vinden de stad sfeerloos.
We reizen dan ook snel naar het noorden. Ozzie brengt ons, in zijn iets te kleine auto voor al onze bagage, naar Toco. De 2 uur durende rit door de groene bergen is prachtig, hoewel Ozzie denkt dat de smalle weggetjes een soort racecircuit zijn. We slapen in een appartement aan zee met een enorme tuin en een privé strandje. Echt een superlocatie! De man die ons ontvangt rond het middaguur is hartstikke dronken. Met een fles wodka naast zich, neemt hij ons geld in ontvangst. Gelukkig komt ’s avonds de eigenaresse. Een ontzettend aardige vrouw die verse vissoep voor ons maakt (we smullen nog steeds na)en met ons mee rijdt naar de winkel (er is hier namelijk niets op loopafstand).
De kids vermaken zich prima met kokosnoot rollen in de tuin, het kijken naar de hagedissen en ze verbazen zich over de reuze-mieren die er met hun koekjes vandoor gaan. De zweetdruppels lopen van hun gezichten. Wij drinken koude biertjes in de hangmat of op de veranda. Er is een klein strandje, via een lange trap te bereiken. Sam krijgt er geen genoeg van; stampen in de zee en zandkastelen bouwen.
Vandaag werden we de hele dag ‘getroffen’ door tropische regenbuien. Tussen de buien door toch maar even naar het strandje. We waren niet de enige. De locals waren cricket aan het spelen, aan het zwemmen en biertjes drinken. Ze gaven ons ook een biertje. Trots zeiden ze: ’this is Trinidad beer!’ Liv en Sam zwembroek aan en spelen maar, want wat is er nu leuker dan zwemmen in de stromende regen!
Zon, zee, strand, ziekenhuis
Eigenlijk is het de verkeerde volgorde. Het ziekenhuis-avontuur kwam namelijk eerst. Manfred is een week ziek geweest; diarree, buikkrampen, hoge koorts. De hamburger was niet goed gevallen. Toen er na 4 dagen nog niet echt verbetering in Manfreds toestand was het tijd voor antibiotica. Zie daar maar eens aan te komen in je beste Spaans....
We zaten inmiddels in Soroa. Een prachtig dorpje midden in de groene bergen. We sliepen in een casa met grote kamer, mooi tuin en lieve mensen die geen woord Engels spraken. Het werd een behoorlijke uitdaging om met ze te communiceren. Maar na een spoedcursus Spaans met behulp van de lonely planet en onze handen en voeten ging het best aardig.
In het dorp zit 1 hotel, waar we naartoe gingen, in de hoop dat iemand ons kon vertellen (in het Engels) waar de apotheek zit. Het hotel had een Engels sprekende man en een Spaans sprekende zuster. Toen deze zuster (type: big mama die je niet tegen durft te spreken) hoorde dat Manfred al 4 dagen diarree had, moesten we gelijk mee naar het ziekenhuis. Met een lada werden we met het hele spul gebracht. In het smoezelige ziekenhuis hielden 2 dokters spreekuur in dezelfde ruimte tegenover elkaar zonder afscherming. Van privacy geen sprake. Antibiotica kregen we niet, de dokter dacht aan een parasiet (ik niet, ze vond me vast een betweterige apotheker
). Ze schreef een recept en Manfred moest met de zuster mee naar een kamertje waar 2 vieze operatietafels stonden en 2 infuuspalen (blijkbaar gaat alles hier per 2 patienten, gezellig). Manfred moest gaan liggen voor een infuus. Dacht het niet!!! No way dat er zo'n vieze naald in zijn arm gaat! Daar was big mama niet blij mee. Weer terug naar de dokter. Na flink aandringen kregen we een recept voor tabletten. Na dit hele avontuur voelde Manfred zich spontaan weer een stuk beter!Ondanks dit hebben we ons in Soroa prima vermaakt met een bezoek aan een waterval en een middagje zwemmen bij het hotel. Na Soroa zijn we terug naar de ' bewoonde' wereld gegaan, Varadero, waar we in een casa aan het strand zitten. Het is hier prachtig. Super blauw water, mooi strand en lekker eten (niet alleen maar rijst met bonen). De casa-man spreekt niet alleen Spaans, ook Duits, dat is een hele vooruitgang. Liv en Sam spelen met hun schepje uren op het strand. Ja, de chill-modus is weer helemaal terug!
Vervolgens zijn we naar de andere kant van Cuba gegaan, Playa Larga. Hier sliepen we in een dorpje, waar de eerste haan zich om 4 uur al laat horen, waar de houten bootjes een zelfgemaakt zeil hebben en de marktkoopmannen te paard, op de fiets of lopend door de straten hun koopwaar aanbieden. Een mooie plek, wederom aan het strand. De pina colada smaakt erg goed
. Inmiddels zijn we weer terug in Varadero om nog een paar nachten in deze fijne casa te blijven, met ontbijtjes op het strand, voordat we weer naar Havana gaan.
Ciao!
De foto's houden jullie nog tegoed, want wifi kennen ze hier niet. De computers in dit internetcafe zijn een beetje traag en de internettijd is niet onbeperkt (daarna moet je weer in de rij staan om een nieuwe internet-kaart te kopen)
Chevrolet uit 1953, Caramello en Mojito
Alweer een week zijn we op Cuba. Wat een prachtig land! We maken elke dag wel iets bijzonders mee in alle opzichten. Het begon al op het vliegveld. Door de douane ging, gek genoeg, heel soepel, maar op de bagage moesten we 3 uur wachten. De kids verveelden zich geen moment. Ze renden rondjes en keken naar de drugshonden. Manfred verveelde zich ook niet, er liepen heel veel mooie vrouwelijke Cubaanse douaniers in iets te korte rokjes ;). Toen we uiteindelijk in de taxi zaten zagen we gelijk al de oude lada’s en chevrolets rijden. De meeste zonder ramen, zonder licht en een bandje verwisselen op de meest linker rijbaan van een 3-baans weg is heel normaal. We werden afgezet midden in het centrum. De straat van ons hostel was opengebroken, dus we moesten een eindje lopen. In het donker met 2 slapende kids en heel veel bagage stonden we voor een oude vervallen voordeur en moesten we met de trap naar de 5de verdieping. We dachten waar zijn we nu beland!? Maar op de 5de verdieping bleek een klein paradijsje te zijn, met hele mooie kamers! We werden heel vriendelijk ontvangen, een fijne plek waar we 4 dagen bleven. Havana met al die gekleurde en vaak vervallen huizen, pleintjes waar je gewoon kunt zitten kijken, de vele restaurantjes/barretjes, de muziek en vriendelijke mensen. Onze kids zijn hier nogal een bezienswaardigheid. Vooral Sam met zijn witte haar wordt door iedereen aangeraakt. ‘blanco, blanco’ zeggen ze dan. Misschien denken ze wel dat hij albino is ;). De waarom-vragen van Liv vliegen ons om de oren: ‘waarom zijn de huizen kapot?’, ‘waarom hebben die mensen geen centjes?’, ‘waarom mag ik die hondjes niet aaien?’, ‘waarom is de straat vies?’ ?
Pinautomaten accepteren onze pinpas niet, daarom moeten we geld halen met de creditcard in de bank. Bij binnenkomst kregen we een nummertje, 66. Nummer 61 werd net opgeroepen, dat gaat snel dachten we. Al snel volgde nummer 80, daarna nummer 40….Dus toch heel lang wachten. De dame die ons hielp zag de kids en haalde haar collega erbij. Ze wees naar de kids en raakte ze aan.
Na Havana gingen we met de taxi naar Vinales. We hadden de taxi om 10 uur besteld. Half 12 was hij er. Maar de Chevrolet uit 1953 maakte alles goed. De chauffeur sprak alleen Spaans, er zaten geen gordels in, de kilometerteller was kapot, we stopten onderweg regelmatig om geen idee wat voor reden en toen Manfred het raampje omhoog wilde slingeren, wees de chauffeur dat hij het raam met de handen omhoog moest trekken. Na 2,5 uur waren we het veren in deze oude bak wel zat en werden we afgezet bij onze ‘casa’. Een kamer bij mensen thuis met eigen mini-veranda inclusief schommelstoelen. ’s Avonds wordt er gekookt voor ons, heel lekker en veel!
Vinales is een klein dorp midden in een groene vallei, waar ze tabak verbouwen. De ideale plek voor een paardrij – tochtje. Liv en ik samen op een paard, genaamd Caramello. Er ging nog een collega-toerist mee op Mojito. Daar gingen we met Caramello, Mojito en onze Cubaanse cowboy de vallei in. Terwijl Liv zich afvroeg waarom het paard niet harder kon, maakte ik me het eerste half uur alleen maar druk om het onrustige paard, de diepe modder en de scherpe takken. Na dat half uur genoot ook ik de rest van de 3 uur van de mooie stille omgeving.
Chillen op de Keys en toeren door Miami
Na een paar dagen chillen op Key West zijn we halverwege de Keys beland. Dit was eigenlijk onverwacht, omdat na een ochtendje bellen alleen deze camping nog plek had. Het onverwachte maakt het reizen juist zo mooi. Op deze onverwachte camping hadden we een leuke buurman met veel praatjes, vonden we een heel mooi strand om nog meer te kunnen chillen en bezochten we een schildpadden – ziekenhuis. Dit ziekenhuis kwamen we ook toevallig tegen. Erg mooi om deze indrukwekkende grote beesten te zien. Het ziekenhuis had een echte operatietafel en een röntgen apparaat om te bekijken hoeveel visnetten, schoenen en andere rotzooi er in de schildpadden zit.
Onderweg naar Miami hebben we nog meer mooie plekjes (lees: state parks) ontdekt. Waar we gingen stoppen om op het strand te spelen, een broodje te eten of gewoon even een tukkie te doen. In de buurt van Miami vonden we een leuke camping. We hebben een avondje drankjes gedronken met onze buren. Deze Canadeze Nederlanders wonen in Ontario (ze kennen de gebroeders Schrijver niet ;)).
We hebben een dagje dierentuin gedaan. Enorm groot uiteraard (een rondje dierentuin was ongeveer 6 kilometer, dus onze conditie is op pijl) en heel mooi aangelegd. Met het warme vochtige weer leek het soms net of we in de jungle waren. We zijn ook nog een dagje ‘downtown’ Miami geweest. Dat wil zeggen erdoorheen gereden, want een parkeerplaats was er niet te vinden. De skyline was indrukwekkend.
Vanmorgen hebben we onze camper ingeleverd. Vanavond slapen we in een hotel. In de buurt gingen we op zoek naar iets te eten. Net toen we dachten dat het de Burger King zou worden, kwamen we een Colombiaans eettentje tegen, waar het druk was. En we hebben in tijden niet zo lekker gegeten!
Morgen naar Cuba!!
Krokodillen safari en fietstocht
Na een bezoekje aan Sanibel (een eiland waar ze héél véél schelpen hebben), gingen we krokodillen spotten in de Everglades. Deze enorme beesten zijn niet moeilijk te vinden. Sla een zandpad in en rij langs het moeras, dan liggen ze daar wel te zonnebaden. Dat was de tip van onze buurman. Daar hoef je echt geen dure Airboat – trip voor te maken, zei hij. Dus gingen wij op camper-safari. Echt fantastisch mooi is het moeras en als daar dan ineens zo’n krokodil ligt, kunnen we er wel uren naar kijken. Het heeft iets magisch. Onze camping ligt midden in de natuur en ook daar zwemt op een middag een kleine krokodil in het water. Ze hebben op de camping een reptielenhuis, waar Liv het geweldig vond tussen de pratende papegaaien, 6 meter lange slangen, schildpadden en krokodillen. Ze mocht een slang aaien en een baby krokodil vasthouden. Stoertje!
Na 3 dagen zijn we naar de Keys gereden. Key Largo was onze eerste stop. De camping netjes van tevoren gereserveerd en we waren er al om 1 uur. Om half 5 kregen we te horen dat onze plek niet beschikbaar was, vanwege de vele regen was er kortsluiting ontstaan. We moesten maar iets anders zoeken. Dat was flink balen, zeker omdat Sam ziek was. Hij had behoorlijk koorts. Gelukkig waren ze behulpzaam en hebben ze voor ons een andere camping gebeld, want op de Keys is het niet zo makkelijk een camping te vinden. Ons voorraadje paracetamol begint al aardig minder te worden met onze langdurig zieken. Gelukkig is sinds vandaag iedereen weer fit.
Gisteren hebben we de 2,5 uur durende rit naar Key West afgelegd. Met de minuut werd het uitzicht mooier en de zee blauwer. Wauw wat is het hier mooi! Vandaag hebben we fietsen gehuurd en rondgefietst op Key West. Al die gezellige straatjes met mooie huizen, veranda’s met schommelstoelen, de vele barretjes, prachtige stranden en leuke winkeltjes. Er hangt hier ook nog eens een relaxt sfeertje, wat wil je nog meer.
We moesten onze camper parkeren in het centrum vlakbij de fietsverhuur, dat kostte ‘slechts’ 40 dollar. De parkeerkosten in Nederland vallen dus best wel mee ;). In de haven hebben we vol bewondering gekeken naar een cruiseschip van 12 verdiepingen, terwijl de kids lagen te slapen in hun fietskar. We hebben de dag afgesloten met een biertje en Cubaanse lekkernijen in een barretje. Er hing een bordje: ‘Cuba 90 miles.’ Bizar dat Cuba zo dichtbij is, terwijl wij er straks 6 uur over vliegen om er te komen.
Zon, heel veel regen, palmbomen en beestjes
De temperatuur loopt langzaam op en de omgeving wordt steeds mooier. Orlando is toch alles behalve mooi. De Disneyparken hebben we link laten liggen. Alleen een (veel te duur) bezoekje aan Sealife gebracht; een mega aquarium met vissen, haaien en schildpadden.
Fort desoto was onze volgende stop, een supermooi natuurpark vol palmbomen aan zee. Hier zijn we iets langer gebleven (wat geen straf was) dan we vooraf dachten, omdat Liv ziek is. Ze is al een dag of 4 ziek en knapt nu langzaam op.
Het weer is nogal wisselend. We hebben zon gehad, dan is het heerlijk, graadje of 20-22! Ook veel regen gehad, waardoor de camping deels blank stond. Gelukkig hebben we een gezellige camper. Met heel wat gezelschap: van beestjes. We zitten onder de rode jeukende plekjes. Gadsie! Zouden het ‘bed-bugs’ zijn?? En wij maar denken dat die beesten alleen in Azië leven, maar blijkbaar reizen ze met ons mee. Maar misschien is het wel gewoon een verdwaalde mug. De kids slapen in hun tentjes , waardoor ze geen last hebben!
Gisteren wilden we over de ‘sunshine skyway’ rijden naar het zuiden. Door de harde wind was deze indrukwekkend hoge brug dicht en moesten we 1,5 uur omrijden om in Fort Myers beach te komen. Onderweg gestopt bij het Manatee park om zeekoeien te spotten. Een heus hoogtepunt, hadden we niet willen missen (NOT). Gelukkig was er een speeltuin, waar de kids zich prima vermaakt hebben. Sam krijgt geen genoeg van de glijbaan en kan geen afscheid nemen. Hij werd dan ook krijsend in de camper gezet. Op naar de camping, waar we net voor sluitingstijd aankomen en te horen krijgen dat de halve camping blank staat. Er is geen plek. Maar dan ziet de camping – man onze kindjes en hij realiseert zich dat hij ons niet weg kan sturen. Sam hangt ook heel zielig tegen ons aan en dat helpt ;). De camping – man gaat op zoek naar het meest droge plekje voor ons ?. Er wordt ons op het hart gedrukt dat we niet van de plek af mogen, anders komen we vast te zitten. Dus dat doen we dan maar niet. Vandaag wordt een zonnige dag, dan zal ons plekkie wel opdrogen! Deze camping is trouwens net een woonwagenkamp. We staan hutje mutje tussen de kitchie versierde touringcars/woonwagens vol 60-plussers. We voelen ons helemaal thuis uiteraard ;).
Morgen gaan we de Everglades in op zoek naar krokodillen.
Groetjes!!
Oja, Marleen ik rij niet in de camper. Ik heb nog geen ambities om buschauffeur te worden ;)
Buschauffeur Veneboer, extreem koud en een jetlag!
Hoi Hoi!
We zijn goed aangekomen in Orlando. De vlucht was een makkie. Alles was boven verwachting tijdens de vlucht; kindjes waren voorbeeldig, Sam paste in het baby bedje aan de muur, we hadden veel been/speel - ruimte en de overstap ging prima. Niks mis met die Duitsers (we vlogen met Lufthansa).
Op Orlando airport ging het niet zo soepel, lang wachten met 2 kinderen die doodmoe waren, de bagage duurde lang, we moesten ver lopen en in de rij staan voor de taxi. We waren heel blij dat we in ons hotel waren. We zijn allemaal als een blok in slaap gevallen! De volgende ochtend half 4 waren liv en sam alweer wakker, 5 uur zaten we gezellig met z'n allen in bad en om half 6 aan het ontbijt. Lang leve de jetlag!
Gisteren onze camper opgehaald. Nou ja camper, het is meer een bus. Even wennen dus voor buschauffeur Veneboer. We dachten tot onze aankomst op de camping dat onze camper groot was, maar niets is minder waar. Hier staan echt complete touringcars! Typisch amerikaans: het kan altijd groter. Zo waren we in de Wallmart voor de boodschappen. Hier hebben ze van alles heel veel en in kingsize verpakkingen.
Vannacht was het heel koud hier. 5 graden. Onze dunne dekentjes waren niet genoeg. Zelfs met 3 truien, sokken en een broek was het nog bibberen. Meer kleren hebben we helaas niet bij ons. Dat wordt straks nog even shoppen.
We gaan morgen dan ook snel zuidwaarts rijden, op naar de warmte!
Groetjes!